Pelgrimstocht langs wijngaarden en door kastanjebossen
Al dan niet met wandelstok volgen we de duizend jaar oude pelgrimsroute naar het middeleeuwse Santiago de Compostella. We wandelen ruim 116 kilometer vanuit het middeleeuwse stadje Tui, langs de Spaanse westkust met zijn diepe inhammen, naar het noorden. De schaduwrijke kastanjebossen bieden koelte onderweg. Dan leidt de route ons weer langs wijngaarden en door eeuwenoude dorpjes.
De Camino naar Santiago de Compostella, ook wel de Sint Jacobsroute genoemd, is het oudste langeafstandspad van Europa. Eeuwenlang trokken pelgrims langs deze route naar het graf van de apostel Jacobus in Santiago. Maar zoals vele wegen naar Rome leiden, zo was – en is nog steeds – dat ook het geval met deze pelgrimstochten. Naast de bekende Camino Frances start er ook een route in Portugal, voor de pelgrims die uit Lissabon en Porto kwamen en nu nog komen: de Camino Portugues.
Genieten van natuur en cultuur
Veel wandelaars die deze pelgrimsreis maken, doen dat uit spirituele overwegingen. Hoewel het begrip ‘bedevaart’ van oudsher een religieuze klank heeft, hoeft dat vandaag de dag niet altijd iets met geloof te maken te hebben. Een pelgrimstocht is nu vooral een zoektocht naar jezelf, naar stilte en bezinning. Of gewoon een bijzondere wandelreis over historische wegen waarbij je van het landschap en de middeleeuwse dorpen geniet. En niet te vergeten: het contact met andere pelgrims. Zij houden immers ook van wandelen, natuur en cultuur. Net zoals de Camino Frances in Spanje voert deze tocht langs cultuurhistorisch erfgoed.
Heilige resten van Jacobus
Iets over de apostel Jacobus: die werd in het jaar 44 in Jeruzalem onthoofd en aan de honden gevoerd. Daarna werd hij naar Galicië verscheept. In deze Spaanse streek steeg hij naar de hemel, maar twintig kilometer verderop ‘plofte’ hij weer neer, daar waar nu Santiago is. Zeven eeuwen dacht niemand meer aan hem, totdat een ster ene Pelayo naar het graf leidde. Een wonder dat iedereen met eigen ogen wilde zien.
Mooiste plekje van Galicië
Na vertrek van het startpunt uit Valença, nog net in Portugal, steken we de oude brug over naar Spanje. Dan komen we in het middeleeuwse vestingstadje Tui. Tui ligt aan de rivier Minho, net over de grens in Spanje. Met zijn wirwar aan kleine straatjes, zijn statige barokke gebouwen en monumentale romaanse kathedraal wordt Tui terecht tot de mooiste plekjes van Galicië gerekend. De route bestaat voornamelijk uit landelijke weggetjes naar het noorden tot we de Ria Vigo bereiken: de eerste van de vele, immense inhammen die deze grillige kust rijk is.
Rijk verleden
We genieten uitgebreid van de uitzichten over zee, terwijl we onze weg vervolgen naar het oude vissersplaatsje Arcade. Tijdens de Camino steken we de indrukwekkende Sampaio brug over. Via stenen paden worden we naar Pontevedra geleid waar we opnieuw mooi uitzicht hebben, deze keer op Costa da Morte. Het barokke Pontevedra is al sinds de middeleeuwen het belangrijkste handelscentrum van deze streek. De vele paleizen, prachtige plaza’s en rijk versierde kloosters en kerken hier geven ons een goede indruk van dat welvarende verleden.
Lekkerste gerecht ter afsluiting
Op weg naar Caldas de Reis lopen we afwisselend door kastanjebossen, over met eucalyptus omzoomde weggetjes en over paadjes langs de karakteristieke kleine wijngaarden van deze streek. Caldas de Reis staat al sinds de Romeinse tijd bekend om zijn warmwaterbronnen. Via het middeleeuwse Padrón met zijn mooie romaanse kerken en kloosters brengt een laatste klim ons naar het majestueuze Santiago de Compostella, met het grote plein en de barokke kerk van Sint Jacob. Hier zoeken pelgrims hun laatste slaapplaats. En bestellen ze in restaurants Spanjes lekkerste gerecht, de pimientos de Padrón: kleine, in olie gebakken paprika’s bestrooid met het ‘zout van de aarde’. Een goed glas wijn erbij. En op z’n Catalaans: Salut!
Meer info of aanmelden kan via deze link 60plusendus